DSM Personal Care introduceert nieuwe methode om de effectiviteit van vochtinbrengende middelen voor de gezichtshuid te visualiseren

Kaiseraugst, CH, 07 Jul 2016 12:00 CEST

DSM Personal Care presenteert een nieuwe methodologie waarmee de persoonlijke verzorgingsindustrie de effectiviteit van gezichtshuid hydratatie kan visualiseren. De nieuwe methode kwam tot stand via DSM's epidermale wetenschappelijke platform CORNEOCARE™, in samenwerking met partners uit de industrie en de academische wereld. Bij de presentatie van deze nieuwe aanpak op het ISBS World Congress in Lissabon in juni 2016 ontving DSM-hoofdonderzoeker Rainer Voegeli de Johann Wilhelm Ritter Award for Innovative Skin Imaging.

Wetenschappelijke studies bevestigen¹ dat zeven op de 10 vrouwen last hebben van een droge gezichtshuid. Deze gegevens worden ook ondersteund door DSM's eigen consumentenonderzoek. Een recent consumentenonderzoek² , uitgevoerd in het Verenigd Koninkrijk, bevestigde bijvoorbeeld dat 90% van de vrouwen last heeft van een droge huid, wat een grote uitdaging vormt voor de industrie, aangezien het onderwerp hydratatie nog moeilijker te behandelen lijkt dan antiveroudering.

DSM ontwikkelde een intensief partnernetwerk via zijn CORNEOCARE-platform, met partners als Newton Technologies, AVR Consulting Ltd en de Sefako Makgatho Health Sciences University. Het doel van het platform is om de epidermis beter te begrijpen met behulp van nieuwe methodologieën en om innovatieve producten te ontwikkelen die tegemoetkomen aan de behoeften van de consument met betrekking tot cosmetische droge huid.

Eerder DSM-onderzoek³ had al aangetoond dat droge huidaandoeningen sterk kunnen variëren, afhankelijk van het deel van het lichaam dat is aangedaan. Dit betekent dat metingen van hydratatie op één punt niet voldoende zijn om de effectiviteit van cosmetische gezichtshydraterende middelen te evalueren. Met deze nieuwe benadering werden de hydratatie van de huid en het transepidermaal waterverlies (TEWL) gemeten op 30 vooraf gedefinieerde plaatsen in het gezicht met behulp van digitale beeldvormingstechnologie voor het gezicht. De bio-instrumentele gegevens werden vervolgens nauwkeurig gekoppeld aan de corresponderende gezichtsposities en de gegevens tussen de locaties werden geïnterpoleerd om een waarde voor alle pixels van de afbeelding te verkrijgen. Tot slot werden er kleurkaarten gegenereerd die continu de hydratatie van de gezichtshuid en TEWL weergaven, waardoor ze visueler en dus makkelijker te interpreteren waren. Er werden opmerkelijke huidhydratatie- en TEWL-gradiënten gevonden binnen korte afstanden.

Om het concept te bewijzen voerde DSM een 28-daagse studie uit⁴ met een vochtinbrengende crème met PENTAVITIN^® en Niacinamide PC. DSM kon demonstreren - en nog belangrijker visualiseren - hoe een cosmetische moisturizer de verschillende gezichtszones ten goede kan komen.

Over deze nieuwe methodologie zei één van de bedenkers, Rainer Voegeli, Senior Scientist Skin Biology bij DSM: "Hydraterende producten moeten rekening houden met de verschillende kenmerken van de verschillende anatomische locaties van het gezicht. De nieuwe methodologie zal fabrikanten van ingrediënten en huidverzorgingsproducten helpen om de effectiviteit van hydraterende verzorging beter te evalueren en de waardepropositie van hun producten te verbeteren."

^{1) http://216.35.217.118/mobile/breakthroughs-iii.php
Doorbraken III WETENSCHAPNIEUWS VAN P&G BEAUTY VOL. III 2005 NIEUWE BODYLOTION DOORBREEKT DE CYCLUS VAN EEN DROGE HUID
2) DSM On-Line Qualitative Research Community bestaande uit mannen en vrouwen. Wereldwijd bereik met een totale steekproefomvang van n=78
3) R. Voegeli, A. V. Rawlings, P. Seroul en B. Summers (2015) A novel continuous colour mapping approach for visualization of facial skin hydration and transepidermal water loss for four ethnic groups, International Journal of Cosmetic Science, 2015, 37, 595-605.
4) Facial color mapping van stratum corneum hydratatie van verschillende etnische groepen en het effect van een moisturizer
Rainer Voegeli, Marie Cherel, Lee-Ann Raaff, Peter Kollias, Pierre Seroul, Beverley Summers, Anthony V Rawlings 23e IFSCC-conferentie, 2015 Zürich}